Halfgeknotte strandschelp
Verspreiding en habitat
De halfgeknotte strandschelp leeft langs de gehele Europese Atlantische kustlijn tot aan Marokko; ook in de Middellandse en de Zwarte Zee. In de kustzone van België en Nederland is het een van de meest algemene schelpdieren. Ze leven dicht op elkaar, ondiep ingegraven in de zeebodem. De schelpenbanken bevinden zich van iets onder de laagwaterlijn tot op een diepte van 40 meter. Verder in zee komen ze niet voor. Uit de schelpenbanken die dicht bij de kust liggen, spoelen na storm of een vorstperiode soms massaal levende spisula's aan.
Scheve driehoek met waaiervormige groeven langs de top
Zoals de naam doet vermoeden is de halfgeknotte strandschelp driehoekig van vorm, waarbij een zijde sterker is ‘afgeknot’ dan de andere kant. Als je de schelp vanaf de top bekijkt zie je het best dat ze niet echt symmetrisch oogt.
Op de afgeplatte delen links en rechts van de top zit bij de halfgeknotte strandschelp een waaiervormig groevenpatroon. Ook de stevige strandschelp heeft die.
strandvondsten_51c-Halfgeknotte-strandschelp_Misjel-Decleer_1200.jpg
Net als bij andere strandschelpen is de kleur van recente afgeknotte strandschelpen crème-achtig wit of geel-bruin. Het schelpoppervlak vertoont dicht opeenliggende onregelmatige groeilijnen. Oudere en fossiele schelpen zijn eerder grijs of bruin gekleurd, en niet meer lichtdoorschijnend.
Kenners kijken dan weer naar de indrukken die de mantel en de sluitspier in de schelp hebben nagelaten. Bij de halfgeknotte strandschelp komt de mantelindruk maximaal anderhalve keer zo ver als de erbovenliggende spierindruk.Bij ovale en stevige strandschelp loopt die dubbel zo ver.
Sinds 2017 wordt in onze wateren ook de Amerikaanse strandschelp (Mulinia lateralis) aangetroffen. Deze exoot gelijkt verrassend goed op de halfgeknotte strandschelp. De Amerikaanse soort is echter veel boller dan de halfgeknotte strandschelp. En het bruine ligamentje – dat de beide schelpen bijeen houdt – is bij de Amerikaanse soort van buitenaf niet te zien. Ook is er bij de Amerikaanse soort geen waaiervormig groevenpatroon aan weerszijden van de top.
Verwarrende namen
Deze schelpen worden vaak kortweg met hun wetenschappelijke naam benoemd: 'Spisula'. Nederlandse vissers willen ze nog weleens 'nonnen' noemen. Maar dat is verwarrend omdat een andere veel voorkomende schelp het ‘nonnetje’ is.
Voedsel voor zee-eenden of paella?
In Zuid-Europa kom je dit schelpdier soms tegen in de paella. Daarvoor worden onder meer uit Nederland geïmporteerde spisula’s gebruikt. In Nederlands bestaat er sinds 1985 een industriele spisula-visserij. In Belgische kustwateren is scheldiervisserij in het algemeen, dus ook die op halfgeknotte strandschelp, verboden wegens de te hoge impact op de zeebodem en milieu.
Halfgeknotte strandschelpen zijn het belangrijkste voedsel van de zwarte zee-eend. Ook eidereenden gaan soms op zoek naar deze strandschelpen als er weinig kokkels te vinden zijn. Als ze dus overmatig veel spisual's door schelpdiervissers worden opgevist, is dat niet best voor die (beschermde) vogels.
Op sommige plekken in de Nederlandse kustwateren zijn de spisulabanken daarom beschermd, of zijn ze enkel te bevissen in jaren dat er heel veel meerjarige spisula op de schelpenbanken aanwezig zijn.