Overslaan en naar de inhoud gaan

Wintertaling

De wintertaling is de kleinste Europese eendensoort. Ze kunnen hard vliegen, met snelle vleugelslagen. Daardoor lijkt het net of ze altijd haast hebben. In grote groepen vliegen ze vaak met onverwachte bochten en tuimelingen. Wintertalingen zijn 's nachts actief en maken veel herrie.
Namen 
la
Anas crecca
nl
wintertaling
en
common teal
fr
sarcelle d'hiver
de
Krickente
meer namen
Kenmerken 
afmetingen
34-38 centimeter; 58-64 cm spanwijdte
kleur (volwassen)
♂ grijze rug en flanken, geel achterlijf, wit met groene vlek in de vleugels, kastanjebruine kop met groene oogvlek met witte rand; ♀ lichtbruin met witgroene vlek in de vleugels
voedsel
plantendelen, insecten en kreeftachtigen
vijanden
droogte en vorst
voorkomen
zeldzame broedvogel, doortrekker en wintergast
leefgebied
zoetwatergebieden
voortplanting
geslachtsrijp vanaf 1 jaar; 8-11 eieren per nest
leeftijd
gemiddeld 3 jaar, maar maximaal 21 jaar
bijzonderheden
vormen grote groepen, lijken in de vlucht op steltlopers

Verspreiding en habitat

Wintertalingen broeden vooral in Scandinavië en in het westen van Rusland. Tijdens de najaarstrek zijn veel wintertalingen te vinden in het waddengebied en het Deltagebied. De aantallen schommelen tussen 2500 en 5000. Bij echte kou trekken de vogels door naar Zuid-Europa.

Bescherming

  • Signalering: Network Ecologische Monitoring
  • Nationale wetgeving: Flora- en Faunawet
  • Europa: Vogelrichtlijn, CITES
  • Internationaal: Overeenkomst voor de bescherming van Afrikaans-Europese Trek(water)vogels (AEWA), Bern-Conventie, Bonn-Conventie

Bovenliggende categorieën

CC-BY-NC, Ecomare 2017 - Laatst bijgewerkt: 2011.02.11