
Enkele tientallen inwoners spreken nog de oude Schiermonnikoger taal. Door de geïsoleerde ligging van Schiermonnikoog heeft het Middeleeuwse Fries zich op het eiland zelfstandig kunnen ontwikkelen. Pas in de 19e eeuw, toen veel eilanders als zeelui uitzwermden over de wereld, werd dit isolement verbroken en kwamen er invloeden uit andere talen.
Eilaunder Taalplúech
In de laatste tientallen jaren zijn veel mensen van elders op het eiland komen wonen, waardoor het aantal 'echte eilanders' klein is. Enkele tientallen mensen spreken onder elkaar nog de eilander taal. Een studiegroep van belangstellende inwoners, de "Eilaunder Taalplúech", bestudeert de taal en legt er zoveel mogelijk van vast. In 2001 is het Woordenboek Nederlands-Schiermonnikoogs verschenen.
Om een indruk te geven van het karakter van deze zangerige taal volgt hier een onzinversje van Henriëtte Pieperiet - van Bon, geboren in 1934, met eronder de vertaling in het Nederlands. In dit versje zijn met opzet enkele opvallende Schiermonnikoger woorden en uitdrukkingen samengebracht.
O, wat heste safte tjaiken, jeeuw my gauw in lytjen tút
O, wat heb je zachte wangen, geef me gauw een zoentje
Dong-troch-wiêt haslige fotten, om 'e nood en om 'e súd
Kleddernat op kousevoeten, om de noord en om de zuid
Hé wat docht dy aude hieuwn, yn ús meuje blometieuwn
Hè wat doet die hond nou weer in onze mooie bloementuin
It is ne snaun en jister wiê it snieuwn...
Het is nu zondag en gisteren was het zaterdag...