Geruite tapijtschelp
Verspreiding en habitat
De geruite tapijtschelp komt van nature voor in beschutte baaien en lagunes, vanaf de laagwaterlijn tot enkele meters diepte, vanaf de zuidkust van Groot-Brittannië tot in West-Afrika, en de Middellandse Zee. De soort wordt aan de Atlantische Franse, Spaanse en Portugese kusten en in de Middellandse Zee ook gekweekt.
Heel af en toe spoelen in de Zuidelijke Noordzee kleppen aan van dieren uit de Atlantische kweekzones. Maar op de Nederlandse en Belgische stranden vind je bijna alleen grijsgekleurde fossiele kleppen uit het pleistoceen.
Herkennen
Het matte schelpoppervlak van de geruite tapijtschelp heeft een patroon van geruite ribben. Net als bij de kleine tapijtschelp heeft de geruite tapijtschelp een grote mantelbocht, maar die loopt niet tot voorbij het midden van de schelp. De schelp is ook iets rechthoekiger van vorm dan de kleine tapijtschelp.
Je kan de geruite tapijtschelp eventueel ook verwarren met de niet-inheemse Japanse tapijtschelp, maar deze laatste heeft een nog grover ruitpatroon, een ovalere vorm en een niet zo diep doorlopende mantelbocht.
Vongole
Geruite tapijtschelp is een inheemse Europese delicatesse (pasta alle vongole, plateau fruits de mer, … ). Na een terugval in de commercieel aangevoerde hoeveelheden werd in het midden van de jaren 1990 een Aziatische soort geïntroduceerd: de Japanse tapijtschelp (Venerupis philippinarum). Ondertussen is men deze exoot en in mindere mate ook de inheemse soort beginnen kweken in in broedhuizen en aquacultuurpercelen.