Overslaan en naar de inhoud gaan

Landbouw en begrazing op Vlieland

Er is bijna geen landbouw op Vlieland. Dat is wel eens anders geweest. Tot na de oorlog waren er op het eiland meerdere kleine veehouderijen. Die zijn verdwenen met de komst van de recreatie-welvaart. De huidige Vlielander veestapel bestaat uit geiten, schapen, Schotse Hooglanders en paarden. Deze  dieren worden ingezet voor het beheer van de natuur op het eiland.

Agrarisch verleden

Tot in de jaren vijftig van de vorige eeuw hielden de Vlielanders koeien, schapen en vooral geiten. De meeste bewoners hadden één of meerdere geiten. Ze werden 's nachts gestald in de smalle gloppen (steegjes). Iedere ochtend verliet de hele kudde de Dorpsstraat en trok de duinen in. De dieren kwamen 's avonds vanzelf terug. De Vlielanders hebben aan deze dieren hun bijnaam overgehouden: geiten.
Met de komst van de bossen kwam er een einde aan het vrij rondlopen van de geiten. Om de jonge aanplant te beschermen moesten de geiten 'aan de roop': vast aan een touw met een pen in de grond.

De geit als natuurbeheerder

In 1995 voerde Staatsbosbeheer de geiten weer in door ze in te zetten als graasdier in het Bokkendal. Ook op andere plaatsen in de duinen worden ze gebruikt. Ze vreten de jonge berkjes en Amerikaanse vogelkers, planten die de duinbeheerders graag zien verdwijnen, op.

Schapen, hooglanders en paarden

fitis-hooglander_grazend-sd.jpg

Grazende hooglander | © Foto Fitis, Sytske Dijksen

Er zijn meer dieren in het Vlielander landschap ingevoerd: Drentse Heideschapen, Schotse Hooglanders en Soayschapen. Het is de bedoeling dat deze dieren het duinlandschap openhouden. De dieren vreten aan de opslag van struiken en bomen en dringen de vergrassing terug. Hierdoor komen er weer meer konijnen, vogels en insecten. Er gaan ook meer soorten planten groeien.

CC-BY-NC, Ecomare & VLIZ 2020 - Laatst bijgewerkt: