Ruwe boormossel
Verspreiding en habitat
De ruwe boormossel graaft zich 15 tot 30 cm diep in, in veenbrokken, stevige klei of zachte steen, maar zelden in hout. Ze leeft in water vanaf 2 tot waarschijnlijk meer dan 40 meter diep.
De soort komt voor vanaf Noorwegen en IJsland tot de noordkust van Spanje. Ook aan de oostkust van Noord-Amerika is de ruwe boormossel aanwezig. In veenbanken in de Noordzee en aangespoelde stukken veen zit de ruwe boormossel vaak samen met andere soorten, zowel inheemse soorten (witte boormossel, kleine boormossel) als de niet-inheemse Amerikaanse boormossel. Er worden steeds minder levende of vers aangespoelde ruwe boormossels aangetroffen langs de Noordzeekust, verder onderzoek moet uitwijzen of de soort bij ons achteruitgaat.
Herkenning
boorm.jpg
De ruwe boormossel is vrij makkelijk te onderscheiden van andere leden van de boormosselfamilie: zijn witgrijze schelpen zijn opmerkelijk groter en breder dan de Amerikaanse en witte boormossel. Ook kenmerkend is dat de schelphelften in twee worden opgedeeld door een ondiepe groef. Eén kant van de schelp is vrij glad met concentrische groeiringen, terwijl de andere helft ruw is met raspachtige uitsteeksels. Andere boormossels hebben ook wel een ruw patroon met golvende lijnen, maar niet die tweedeling met een ruw en gladder gedeelte.
De ruwe boormossel heeft een duidelijk omgeslagen rand nabij de top. Dat kenmerk heeft ze gemeen met de witte boormossel. Net zoals de witte boormossel heeft de ruwe boormossel ook een derde schelpstukje dat over de bovenrand van de schelphelften ligt en heeft zij een apofyse, een puntig uitsteekseltje aan de binnenkant van de schelp.
Oude, fossiele kleppen van ruwe boormossel zijn algemeen aan onze stranden, en zijn vaak donkerder van kleur (blauw of bruin).
Een echte boormachine
Boormosselen hebben, in tegenstelling tot sommige andere boorders, geen zuur nodig om zich in te graven in oud veen, hout of kalksteen: met de ruwe zijde van de schelp malen ze met raspende bewegingen een gang. Bij ruwe boormossels zijn die 15 tot 30 centimeter diep. De ingang is tot 1,7 centimeter breed, terwijl de ‘leefruimte’ wel 4,5 centimeter ruim kan zijn. De ingangen van de gangen zijn bij de ruwe boormossel iets groter dan bij de witte en Amerikaanse boormossel.
Net als de andere boormosselen filtert de ruwe boormossel water en haalt er plankton uit, wat dient als voedsel. Ze worden zo’n 5 jaar oud, waarin ze blijven groeien en hun gat dieper boren, zonder dit ooit te verlaten, zelfs niet voor de voortplanting.